De eerste ontmoeting met de wijn. Zodra ze wordt ingeschonken moet ze een mooie indruk achterlaten. Je neemt de kleur en de glans tot je. De wijn vertelt haar verhaal door de kleur, de spiegel en de tranen. Het uiterlijk van wijn zegt iets over de leeftijd, het karakter, de herkomst en de kwaliteit. Wijn proeven: het uiterlijk en de betekenis daarvan:
Wat zegt de kleur?
Om de kleur te kunnen analyseren kun je het beste een witte achtergrond en wit licht gebruiken. De kleur van wijn wordt bepaald door de tint en de intensiteit. Edelstenen – Robijn, Topaas -, metalen – goud, koper -, bloemen -roos, pioenroos – en vruchten – citroen, kers – helpen bij het ontleden van de kleurtint. De intensiteit kan varieren van bleek, helder tot diep en donker.
De kleur van wijn zegt niet alleen iets over het soort – wit, rose, rood – maar ook over de ouderdom van de wijnstokken, het oogstjaar en de leeftijd van de wijn. De kleur van de wijn komt voornamelijk uit de schil van de druif. Witte druiven bevat weinig pigment, blauwe druiven veel. Daarnaast bepaald de druifsoort de intensiteit van de kleur. Gamay heeft een mooie Robijnkleur terwijl een Cabernet Sauvignon heel anders donkerrood is. Een rode wijn uit 1996 kan een intensere kleur hebben dat een rode wijn uit 1994. De ene wijn is jonger maar komt uit een warmer jaar waardoor de kwaliteit beter is. Rijpere druiven – ook de witte -uit warme, goede wijnjaren zijn donkerder van kleur.
De wijnboer heeft ook veel invloed op de kleur van wijn. Hij bepaald hoe geconcentreerd de wijn is. Hoe hoger het rendement, hoe minder geconcentreerd de druiven en hoe minder gekleurd het sap, En Andersom. Oude wijnstokken zorgen altijd voor wijnen die diep van kleur zijn. Gezonde druiven geven meer kleur dan beschimmelde druiven.
Met de jaren wordt de kleur van witte wijn sterker. Bij rode wijn zwakt de kleur dan juist af. Doordat witte wijn minder tanntine heeft, vekleurd de wijn minder snel.
De spiegel en de rand
De spiegel is het oppvervlak van wijn waarmee de helderheid wordt bepaald. De proever bekijkt de wijn van boven en vanaf de zijkant. De spiegel wordt beoordeeld op lichtweerkaatsing en glans. Voor witte wijn en rose is vooral de helderheid belangrijk. Is deze dof, mat of juist schitterend en glanzend?
Doordat de wijn aan de buitenrand minder dik is, is de kleur beter te zien. Een blauwe tint duidt erop dat de wijn nog erg jong is. Aardewerk of dakpan wijst op een oudere wijn.
De tranen of benen
Door de wijn in een lichtbron te plaatsen en de wijn te walsen, ziet de proever drubbels transparante vloeistof die langzamer naar beneden loopt dan de rest van de wijn; de tranen of benen. Dikke, vette, duidelijke tranen, zijn een teken van een wijn met veel suikers of alcohol. Een minder zware wijn geeft dus ook dunnere tranen. Waterig, vloeibaar, vet of stroperig zijn benamingen die veel gebruikt worden om de tranen te omschrijven. De tranen zeggen niks over de kwaliteit van de wijn, wel over het karakter.
The post Wijn proeven: het uiterlijk appeared first on Food Travel Photography.